In een ingezonden brief aan De Bunschoter (editie vrijdag 7 november 2019) reageerden wij op de publicatie van de gemeente inzake de grondwaterproblemen in Bunschoten in relatie tot het toepassen van warmtepompen. We schreven:
In reactie op het artikel in De Bunschoter van woensdag 6 november getiteld “Onttrekken en terugpompen grondwater bij nieuwe school Prinses Irenestraat: hoe zit het precies?” geeft de (overigens zeer aimabele) projectleider Sjaal Nel namens de gemeente antwoord op de vraag of je je zorgen moet maken over de nieuwe koude-warmteopslag. Hij stelt “dat dit geen invloed heeft op de grondewaterstand”, omdat er wordt onttrokken en gelijktijdig teruggepompt. Hij stelt vervolgens: “Ïn die zin kunnen wij dus garanderen dat de WKO-installatie bij de nieuwe school geen invloed heeft op de grondwaterstand aan de oppervlakte.” En daarmee moet u het dan doen. De vraag is: geloven we hem “op zijn blauwe ogen” en bent u hiermee voldoende geïnformeerd. Ik vind van niet. Door de projectleider wordt namelijk niet ingegaan op een aantal andere zorgen, zoals die van Ing. J.C. Vriesman, voormalig voorzitter Stichting Grondwater Nederland. Zijn standpunt is: Van het een komt het ander! Hij schreef dit voorjaar een artikel in Binnenstad 293 van mei/juni/juli 2019 over de Amsterdamse binnenstad, u weet wel: Amsterdam, die grote stad, is gebouwd op palen. Als die stad eens ommeviel. Wie zou dat betalen? In zijn artikel stelde hij: “Door het streven naar een vermindering van het aardgasgebruik lijkt het aantrekkelijk over te schakelen naar ‘aardwarmte’. Dit alternatief brengt echter risico’s met zich mee voor op houten palen gefundeerde bebouwing. Laten we voorkomen dat we niet weer met een op het eerste gezicht voor de hand liggende oplossing een ander deel van de bevolking van Nederland opzadelen met een volgend probleem. Eén zo’n voor de hand liggende oplossing is het gebruik van warmte uit de grond. Maar iedereen in het westen van Nederland heeft wel eens van ‘paalrot’ gehoord, die gevreesde aantasting van de houten paalfunderingen. Bijna alle huizen in het westen van vóór 1950 worden gedragen door houten palen. Paalrot wordt veroorzaakt door een bacterie (Anaerobe pseudomonas), die in het hout sluimert, maar wakker wordt door toevloed van zuurstof als het hout boven het (grond) water uitsteekt òf als het grondwater te warm wordt. Maar een verhoging tot zo’n 50 graden Celsius van de omgevingstemperatuur is in het algemeen aanleiding tot een versneld rottingsproces. We moeten er dus voor waken, dat het hoge grondwater niet warmer wordt. De zo voor de hand liggende oplossing voor ons energieprobleem om gebruik te maken van de hoge temperatuur van het diepe grondwater kan dus een volgend groot probleem veroorzaken. Het doorvoeren van het warme grondwater door de koudere bovenlaag zal het hoge grondwater zonder twijfel in temperatuur doen stijgen. En wat minder algemeen bekend is: grondwater stroomt. Er wordt misschien wel meer water ondergronds naar de zee afgevoerd dan bovengronds. De stroomrichting van het ondergrondse water is nu redelijk bekend en het is dus zaak geen gebruik te maken van bodemwarmte als er benedenstrooms huizen op houten palen staan. Toetsing van het Gemeentelijk Bouwtoezicht is hierbij absoluut noodzakelijk. Bij eventuele calamiteiten zal het juridisch heel moeilijk zijn om schuldigen aan te wijzen. Uiterst verleidelijk dus voor elke bestuurder die slechts rekening hoeft te houden met een verantwoordelijkheidsperiode van vier of acht jaar. Laten we oppassen!”
Het lijkt er op dat de gemeente als vergunning vrager aan de provincie om grondwater te mogen onttrekken (en weer terugpompen) het risico wel aanvaardbaar vindt. Maar als het over 10 jaar fout gaat, als gevolg van gestegen grondewatertemperaturen, dan is niemand verantwoordelijk. Maar dat vergeet de projectleider te vertellen. De focus van de gemeente en de bouwpartners lijkt: allemaal van het gas af en ieder aan de warmtepomp. En wel nu meteen. Dat is commercieel gezien hartstikke leuk en je kunt je op de borst kloppen zo van: kijk ons eens het milieu redden. Maar er is meer! Kent u het rapport “Effecten van wko op de Grondwaterkwantiteit” van Deltares onafhankelijk instituut voor toegepast onderzoek op het gebied van water en ondergrond? Zij stelden al in 2010: “Bij het aanleggen van WKO-installaties worden veelal 2 of meer gaten geboord. Hiermee wordt een risico op lekkage van een waterscheidende laag geïntroduceerd. Dit kan nadelig zijn voor de waterkwaliteit van een grondwaterlichaam en/of de levensduur van de WKOinstallatie negatief beïnvloeden. Afhankelijk van de wijze van boren en afdichten kan dit risico reëel zijn.” Zij concluderen verder: “Op basis van deze modelresultaten blijkt dat de grondwaterstroming rond WKO putten sterk beïnvloed wordt door de regionale grondwaterstroming en de stroming rond andere WKO putten. Een goed ontwerp van een WKO systeem en een goed meetnet moet met deze aspecten rekening houden.” Ook het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) schrijft in haar rapport uit 2011 getiteld: “De mogelijke risico’s van warmte en koudeopslag voor de grondwaterkwaliteit”: “Gesloten WKO-systemen zouden een risico kunnen vormen voor de kwaliteit van het grondwater door het grote aantal perforaties van de ondergrond en door het mogelijke lekken van koelvloeistof. Bij open WKO-systemen moet worden voorkomen dat grondwater uit verschillende lagen wordt gemengd waardoor ongewenste geochemische en microbiologische processen kunnen optreden.” En verder: “Het opslaan van heet grondwater zal lokaal de natuurlijke processen in dat grondwater verstoren. De Europese Kaderrichtlijn Water ziet ook de inbreng van warmte in het grondwater als een mogelijke verontreiniging wanneer daar nadelige gevolgen voor mensen of ecosystemen aan verbonden zijn.” En ze schrijven tot slot ook: “Het toezicht van de provincies op het groeiende aantal WKO-systemen in de praktijk verdient nadere aandacht.”
Wat mij betreft kunnen gemeente en provincie onvoldoende garanderen dat u als eigenaar van een woning op houten palen gerust kunt gaan slapen. Er is eenvoudig nog te weinig bekend van de effecten op langere termijn voor wat betreft het gebruik van gesloten en open WKO-installaties en hun invloed op de ondergrond en het grondwater. Dus gemeente: daar waar je al warmtepompen in gebruik hebt genomen of laten nemen: ga ze nauwgezet monitoren op eventuele nadelige effecten. En wat die school betreft: hang er een Cv-ketel op groen gas in. (ons Spakenburgs biogas) Dan ben je CO2-neutraal bezig en houd je ook nog circa 50.000 euro gemeenschapsgeld over.
(zie ook ons eerdere bericht hierover)